Hello world!

… of: het weblog opnieuw uitgevonden.

In het laatste jaar heb ik deels vrijwillig, deels onvrijwillig afscheid genomen van de paar social media platformen die ik gebruikte. Twitter behoeft denk ik geen toelichting, aan wat Twitter nu is wil ik niet bijdragen of deelnemen. Daarnaast besloot Tweakers om de Tweakblogs offline te halen (en ook niet als archief beschikbaar te houden) en koos ik zelf om LinkedIn op non-actief te zetten.

Het nadeel daarvan is dat een aantal dingen verdwenen zijn, die van mij nog niet weg hadden gehoeven. En alhoewel ik Twitter regelmatig opschoonde, waren er ook dingen die ik bewust heb laten staan. Idem voor het Tweakblog.

En Mastodon dan?

Net als vele anderen vond ook ik een nieuw thuis op Mastodon. Wat fijn is aan Mastodon is dat je altijd je data kun exporteren, volgers mee kan nemen van de ene naar de andere “instance”, etc., volledige ownership dus. En aan de andere kant biedt het opties zoals het automatisch verwijderen van berichten – Toots – waarmee een stukje forward privacy is ingebouwd: het principe dat je toekomstige ik bijvoorbeeld bij een sollicitatie niet geconfronteerd wordt met wat je tien jaar geleden zei.

Maar daarmee is het opnieuw niet duurzaam. Natuurlijk, ik kan er voor kiezen om niets te verwijderen of te verhuizen – maar dat sluit niet uit dat een ander dat vroeger of later ook vóór mij kan beslissen. Dus kwam ik tot de conclusie waar anderen recent al eerder al arriveerden: voor sommige dingen is het handig om een eigen plekje te hebben.

Zodat je ernaar (terug) kunt verwijzen, of de dingen die je interessant of spraakmakend vind zelf weer terug kunt vinden. Ja, ik kan natuurlijk een HTML-pagina knutselen en uploaden, maar dat gaat toch niet zo handig vanaf bijvoorbeeld je telefoon. Dus zo geschiedde: het was weer tijd voor een ècht weblog.

Vele omzwervingen

Ik heb een lange geschiedenis met verschillende manieren van publiceren die zo ver teruggaat als 1997, met een aantal Tripod-sites. Mijn eerste domeinnaam en “echte” hosting volgde in 2000. Voor mijn persoonlijke website begon het met een zelfgeknutselde homepage, toen een weblog met Pivot, tussendoor een zelfgebouwd CMS (“Snippets”) dat beide deed, om uiteindelijk bij Movable Type te eindigen.

Movable Type en WordPress waren toen beide in opkomst. Omdat WordPress alles dynamisch serveerde en Movable Type statische HTML genereert (en ook werd gebruikt door een aantal grote/bekende sites van toen), leek dat me op dat moment de betere optie. “Wat niet dynamisch is, kun je ook niet hacken” en bovendien kost het minder (server-) load, was de gedachte.

Gaan waar de rest gaat

Die versie van de site is uiteindelijk in onbruik geraakt met de opkomst van snellere, makkelijkere alternatieven. Twitter voor de korte updates, waar iedereen je makkelijk kan volgen. Voor het publiceren van de “achter de schermen”-posts bij Tweakers (Tweakers.log) stapte ik over op een Tweakblog (want: “eat your own dogfood”).

Nadat het onderhoud van Movable Type meer werk was geworden dan dat het aan gemak opleverde, heb ik het CMS weggedaan en de site omgezet naar een hele basic statische website. Voor wat niet op Twitter of Tweakers.log pastte, knutselde ik als ik het nodig vond met de hand in notepad (bij wijze van…) handmatig pagina in elkaar. Geen softwarepakket dat geüpdatet moet worden, de trackers er ook maar uit gesloopt, geen overhead: lekker overzichtelijk.

Het mooie aan de statisch gegenereerde pagina’s van Movable Type is trouwens wel dat ze achterbleven nadat ik het pakket verwijderde. Een deel heb ik ondertussen verwijderd omdat ze verouderd waren en echt niet meer relevant – maar andere pagina’s bestaan nog steeds (en worden ook nog steeds gevonden en bezocht).

WordPress

“Recent” kwam ik echter steeds vaker in aanraking met WordPress. Ik kende WordPress al wat beter dankzij het Independer Weblog en onderhoud een aantal installaties voor anderen die ik hier niet bij naam kan noemen. En ik kan niet ontkennen: het is er allemaal een stuk makkelijker en steviger op geworden.

Zo kwam ik bijvoorbeeld een link tegen naar het blog van opensourcepakket Thunderbird en realiseerde me dat dat ook WordPress-site was (sterker nog, álle Mozilla-blogs draaien op WordPress). Nieuwsgierig geworden onderzocht ik een aantal andere grote sites, zoals Ars Technica, 9to5mac en Wired, om er vervolgens achter te komen dat ze stuk voor stuk op WordPress draaien.

Als je er vervolgens naar zoekt, zijn er tientallen artikelen te vinden met lijsten van grote merken die WordPress gebruiken. Bovendien heeft WordPress zelf ook een indrukwekkende lijst met referenties, waaronder zelfs het Witte Huis. En als die sites allemaal op WordPress kunnen draaien, dan zal het met die load en beveiliging tegenwoordig ook wel goed zitten, toch?

Tegelijk met de toenemende behoefte om zelf ook weer (makkelijker) dingen te kunnen publiceren, werd het in ieder geval wel erg aantrekkelijk om voor deze website ook met WordPress aan de slag te gaan.

En zo is het cirkeltje weer rond. Een frisse start, maar tegelijkertijd terug naar hoe het ooit begon. Met de ambitie om juist ook wat van die oude en “verdwenen” zaken weer in ere te herstellen. Want gelukkig hebben we de back-ups nog. 😉